Herinneringen

1 mei 2012 - Amsterdam, Nederland

Bij het opruimen vond mijn moeder laatst een oud vodje, volgeschreven door haar­zelf. Wat destijds slechts een manier was om haar ongenoegens over het gedrag van haar voetballende zoon op verantwoorde wijze te spuien, werd twintig jaar later een document dat diepbevroren herinneringen bij mij deed ontdooien... 

Het moet een crime geweest zijn elke zaterdagochtend, althans voor mijn moeder. Door weer en wind 's morgens vroeg eerst naar de zwemles en vervolgens, nog met natte haren, op de brommer naar het voetbalveld. Verlegen en onwennig ging ik dan op zoek naar de juiste kleedkamer. Een verschrikkelijke klus, hoewel ik toch kon lezen. Gelukkig bracht ma me tot aan de deur, en eenmaal veilig bij bekenden binnen kleedde ik me helemaal zelfstandig om. Ze moet heel wat uren naar dat indrukwekkende kluitjesvoetbal hebben gekeken, want hoe ben ik anders al die keren weer thuis gekomen na de wedstrijd? Waarom herinner ik me daar niets van? Deed mijn vader de uitwedstrijden eigenlijk wel eens? Bij thuiswedstrijden moedigde hij me immers ongegeneerd aan; 'Ries... naar voren!' Het lood zakte me dan stee­vast in de schoenen, als de trainer net had uitgelegd dat ik de boel goed in de gaten moest houden vanaf de rand van mijn eigen strafschopgebied!

Op een oude super 8 film staat in slow-motion hoe ik een penalty neem in een veel te grote broek, in opperste concentratie en alle krachten bundelend. Hoewel de bal moeiteloos in de armen van de keeper belandde, ben ik toch altijd overtuigd geweest van mijn bijzondere voetbalkwaliteiten. Ik herinner me een vrije trap van minstens 10 meter afstand die hoog boven de keeper in het net sloeg, de complimenten na een fraaie hattrick en die kopbal die ik scoorde nadat ik de dag ervoor geoefend had met mijn vader!

Soms speelde je tegen jongens die veel groter en sterker waren en dan verloor je kansloos en roemloos. Na een patatje -Fl 1,25 herinner ik me nog!- en wat drinken was je al die tegendoelpunten 's middags al lang weer vergeten als je op zo'n zomer­se dag wat lag te ravotten met vriendjes. Terugdenkend aan die tijd raak ik nog steeds vervuld met dat zaligmakende gevoel van tijdloosheid en zorgeloosheid. Zo gek is het dan toch niet dat je als kleine jongen af en toe je voetbaltas met dure kicksen laat slingeren en vergeet mee naar huis te nemen? Getuigen het vodje zag mijn moeder dat toentertijd duidelijk anders.

Laatst was ik weer een weekendje 'thuis', zoals dat nog altijd voelt. Het bord op de hoek van het veld heeft de tand des tijds doorstaan. Nog steeds prijkt er met degelij­ke letters de naam van de voetbalclub waar ik twintig jaar geleden mijn eerste stap­pen zette, 'de Meteoor'. Tegenwoordig voetbal ik op gezette tijden in de zaal om het lijf gezond te houden. Zal ik daar over twintig jaar ook met weemoed aan terug denken of me er nauwelijks nog iets van kunnen herinneren?